Opdrachten keuzedeel assisteren bij Sport en Recreatie

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent/leer-werk begeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 4: Ik begeleid en fluit een activiteit.

Criteria:

• Je noemt de bedoeling van de activiteit
• Je noemt de spelregels van de activiteit.
• Je noemt het spelveld van de activiteit.
• Je noemt de materialen waarmee wordt gespeeld.
• Je past de spelregels toe

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent/leer-werk begeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Criteria:

• Ik geef de groep duidelijkheid over de regels
• Ik ben onpartijdig
• Ik heb een actieve houding

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent  geeft maximaal 2 aanwijzingen./ leer-werkbegeleider

Doel 6: Ik fluit een beweeg activiteit aan een middelgrote groep.

Criteria:

• Ik geef de groep duidelijkheid over de regels
• Ik ben onpartijdig
• Ik heb een actieve houding

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Criteria:

• Ik geef de groep duidelijkheid over de regels
• Ik ben onpartijdig
• Ik heb een actieve houding

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Criteria:

• Ik geef de groep duidelijkheid over de regels
• Ik ben onpartijdig
• Ik heb een actieve houding

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Criteria:

• Ik geef de groep duidelijkheid over de regels
• Ik ben onpartijdig
• Ik heb een actieve houding
• Ik ben enthousiast
• Ik geef de groep tips om de activiteit beter te laten verlopen

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 10: Ik begeleid een eenvoudige activiteit aan een kleine groep.

Criteria:

• Ik ben verstaanbaar voor de groep
• Ik ben enthousiast
• Ik geef de groep tips om de activiteit beter te laten verlopen

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 11: Ik begeleid een eenvoudige activiteit aan een middelgrote groep.

Criteria:

• Ik ben verstaanbaar voor de groep
• Ik ben enthousiast
• Ik geef de groep tips om de activiteit beter te laten verlopen

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 12: Je begeleidt een beweeg activiteit aan een middelgrote groep.

Criteria:

• Ik ben verstaanbaar voor de groep
• Ik ben enthousiast
• Ik geef de groep tips om de activiteit beter te laten verlopen

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 13: Ik begeleid een complexe activiteit aan een middelgrote groep.

Criteria:

• Ik ben verstaanbaar voor de groep
• Ik ben enthousiast
• Ik geef de groep tips om de activiteit beter te laten verlopen

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Criteria:

• Ik ben verstaanbaar voor de groep
• Ik ben enthousiast
• Ik geef de groep tips om de activiteit beter te laten verlopen

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 15: Ik begeleid een beweeg activiteit aan een middelgrote groep, waarbij ik ook scheidsrechter ben.

Criteria:

• Ik ben verstaanbaar voor de groep
• Ik ben enthousiast
• Ik geef de groep tips om de activiteit beter te laten verlopen
• Ik geef de groep duidelijkheid over de regels
• Ik ben onpartijdig
• Ik heb een actieve houding

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 16: Je gebruikt taal die past bij de doelgroep.

Criteria:

• Ik gebruik woorden die de doelgroep begrijpt
• Ik gebruik zinnen die de doelgroep begrijpt 
  

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Doel 17: Je houding past bij de doelgroep.

Criteria:

• Ik pas je houding aan naar de verwachtingen van de doelgroep
• Ik blijf herkenbaar als begeleider

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Criteria:

• Ik beschrijf de bedoeling van de activiteit
• Ik beschrijf de spelregels die gebruikt gaan worden
• Ik beschrijf hoe de ruimte gebruikt gaat worden
• Ik beschrijf hoe je de tijd indeelt
• Ik geef een opsomming van de materialen die je gaat gebruiken

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 19: Je maakt een activiteitenplan voor een beweeg activiteit.

Criteria:

• Ik beschrijf de bedoeling van de activiteit
• Ik beschrijf de spelregels die gebruikt gaan worden
• Ik beschrijf hoe de ruimte gebruikt gaat worden
• Ik beschrijf hoe je de tijd indeelt
• Ik geef een opsomming van de materialen die je gaat gebruiken

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 20: Ik maak een activiteitenplan voor een complexe activiteit.

Criteria:

• Ik beschrijf de bedoeling van de activiteit
• Ik beschrijf de spelregels die gebruikt gaan worden
• Ik beschrijf hoe de ruimte gebruikt gaat worden
• Ik beschrijf hoe je de tijd indeelt
• Ik geef een opsomming van de materialen die je gaat gebruiken

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 21: Ik maak een activiteitenplan voor een evenement met meer dan twee activiteiten.

Criteria:

• Ik beschrijf de bedoeling van de activiteit
• Ik beschrijf de spelregels die gebruikt gaan worden
• Ik beschrijf hoe de ruimte gebruikt gaat worden
• Ik beschrijf hoe je de tijd indeelt
• Ik geef een opsomming van de materialen die je gaat gebruiken
• Ik beschrijf de overgangen tussen de activiteiten

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 22: Je zet materialen klaar voor een activiteit.

Criteria:

• Ik zet de materialen op tijd klaar
• Ik heb de materialen veilig neergezet
• Ik zet de materialen klaar volgens het activiteitenplan

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 23: Ik zet materialen klaar voor een evenement met meer dan twee activiteiten

Criteria:

• Ik zet de materialen op tijd klaar
• Ik heb de materialen veilig neergezet
• Ik zet de materialen klaar volgens het activiteitenplan

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 24: Ik voer een eenvoudige activiteit uit.

Criteria: 

• Ik zorg dat de activiteit veilig verloopt
• Ik controleer of de groep de activiteit heeft begrepen
• Ik controleer of de activiteit goed verloopt
• Ik pas de activiteit aan indien dit nodig is.

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 25: Ik voer een beweeg activiteit uit.

Criteria:

• Ik zorg dat de activiteit veilig verloopt
• Ik controleer of de groep de activiteit heeft begrepen
• Ik controleer of de activiteit goed verloopt
• Ik pas de activiteit aan indien dit nodig is.

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 26: Ik voer een complexe activiteit uit.

Criteria:

• Ik zorg dat de activiteit veilig verloopt
• Ik controleer of de groep de activiteit heeft begrepen
• Ik controleer of de activiteit goed verloopt
• Ik pas de activiteit aan indien dit nodig is.

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 27: Ik voer een evenement uit met meer dan twee activiteiten.

Criteria:

• Ik zorg dat de activiteit veilig verloopt
• Ik controleer of de groep de activiteit heeft begrepen
• Ik controleer of de activiteit goed verloopt
• Ik pas de activiteit aan indien dit nodig is.
• Ik zorg dat de overgang naar een volgende activiteit vlot verloopt

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 28: Ik sluit de activiteit af

Criteria:

• Ik verzamel de groep om de activiteit af te ronden
• Ik vertel wie er heeft gewonnen [indien van toepassing]
• Ik bedank de deelnemers

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 29: Ik ruim de activiteit op.

Criteria: 

• Ik controleer dat alle materialen worden ingeleverd
• Ik ruim alle materialen netjes op
• Ik laat de accommodatie netjes achter
• Ik controleer de kleedruimtes [indien van toepassing]

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 30: Ik zorg dat materialen veilig worden gebruikt

Criteria:

• Ik zorg dat alleen materialen die worden gebruikt in het speelveld zijn
• Ik kies materialen die geen onnodig risico opleveren
• Ik controleer dat materialen goed werken
• Ik zorg dat materialen veilig worden gebruikt

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 31: Ik zorg voor fysieke veiligheid.

Criteria:

• Ik controleer de deelnemers op sieraden die wonden kunnen maken
• Ik zorg dat het gedrag van deelnemers geen risico oplevert voor andere deelnemers

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 32: Ik zorg voor emotionele veiligheid.

Criteria:  Je zorgt dat de sfeer bij de activiteit voor iedereen ruimte geeft om mee te spelen

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 33: Ik zorg dat deelnemers zich welkom voelen.

Criteria:

• Ik heet de deelnemers welkom
• Ik vraag naar de wensen van de deelnemers
• Ik motiveer de deelnemers
• Ik zeg deelnemers gedag

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 34: Ik corrigeer ongewenst gedrag.

Criteria:

• Je constateert ongewenst gedrag
• Je corrigeert op een fatsoenlijke manier
• Je corrigeert volgens de richtlijnen van de organisatie

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 35: Ik werk volgens de richtlijnen van de organisatie.

Criteria:

• Je benoemt de richtlijnen van de organisatie
• Je werkt volgend de richtlijnen van de organisatie

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 36: Ik werk volgens de richtlijnen van de accommodatie.

Criteria: 

• Ik benoem de richtlijnen van de accommodatie
• Ik werk volgend de richtlijnen van de accommodatie

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 37:  Ik werk volgens de richtlijnen voor veiligheid.

Criteria:

• Je zorgt dat materialen veilig worden gebruikt
• Je zorgt dat gedrag van deelnemers geen onnodig risico oplevert
• Je zorgt dat activiteiten passen bij het niveau van de deelnemers

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.

Doel 38: Ik beschrijf een activiteit.

Criteria:

• Je beschrijft de bedoeling van de activiteit
• Je beschrijft de spelregels van de activiteit.
• Je beschrijft het spelveld van de activiteit.
• Je beschrijft de materialen waarmee wordt gespeeld

Bronnen:

• leer-werk plek
• leer-werk begeleider
• theorie / docent

Check: De activiteit wordt zelfstandig uitgevoerd, de docent / leer-werkbegeleider geeft maximaal 2 aanwijzingen.